Resultaten onderzoek naar belevingswaarde

Bereikbaarheid, kwaliteit van de lucht, en nabijheid van voorzieningen zijn voorbeelden van omgevingskenmerken die van invloed kunnen zijn op de ‘belevingswaarde’. In het belevingswaardeonderzoek vragen wij aan bewoners hoe zij de kwaliteit van hun leefomgeving ervaren. Pascal Hofmann, communicatieadviseur bij de gemeente Rotterdam, vertelt over de eerste resultaten en het vervolg.

“In eerste instantie zouden we zo’n 600 mensen op straat interviewen. Dit zouden we doen op diverse locaties in het studiegebied, maar in verband met de coronamaatregelen is dat nog niet mogelijk geweest. Daarom hebben we het onderzoek opgesplitst in twee delen waarbij we het eerste deel telefonisch en met een beperkte groep bewoners hebben gedaan. In de beoordelingsfase van de MIRT-verkenning vinden de interviews op straat alsnog plaats – als de maatregelen het toestaan”, vertelt Hofmann.

Resultaten

In het eerste deel van het onderzoek zijn 52 bewoners uit De Esch, Feijenoord, Capelle aan den IJssel, Krimpen aan den IJssel en Krimpenerwaard geïnterviewd. De resultaten uit dit eerste onderzoek geven al een goede indruk, maar er zijn nog geen definitieve conclusies te trekken. Hofmann licht de belangrijkste resultaten toe.

“Veel mensen die we gesproken hebben zien een kans in de nieuwe oeververbinding met betrekking tot de bereikbaarheid van Rotterdam Zuid. Met name inwoners van Feijenoord zien hun belevingswaarde daardoor toenemen.” Daarentegen is men in de Esch bezorgd over een nieuwe oeververbinding. “Bewoners hebben het idee dat hun belevingswaarde onder druk komt te staan als de plannen doorgaan. Zij verwachten dat een oeververbinding voor meer drukte in hun wijk zorgt en dat het mogelijk ten koste gaat van de natuur in de Esch,” zegt Hofmann.

Bij bewoners uit Capelle, Krimpen en Krimpenerwaard heeft het knelpunt op de Algerabrug een grote invloed op de belevingswaarde. “Door opstoppingen op en rondom de brug is de doorstroming van het verkeer slecht. Ook is er meer verkeer gekomen en hebben mensen die in de omgeving van de Algeracorridor en specifiek dicht bij de brug wonen te maken met geluidsoverlast en fijnstof.”

Voor de lange termijn ziet bijna iedereen een grote rol voor het openbaar vervoer. Zij denken dat het ov de auto als vervoersmiddel in veel gevallen kan vervangen. Mensen in Rotterdam vragen zich vaak af of het bezitten van een auto nog wel handig is in de stad. “Er zijn zelfs Rotterdammers die overwegen de auto weg te doen als de nieuwe oeververbinding er komt.”

Wat gaat er met de resultaten gebeuren?

Deze eerste resultaten gebruiken we, net als punten die uit de klankbordgroepen, omgevingsberaad en alle andere vormen van participatie naar voren zijn gekomen, in de beoordeling van de alternatieven. We kijken daarbij of de genoemde omgevingskenmerken, zoals luchtkwaliteit of verkeersdruk, onderscheidend zijn bij de verschillende alternatieven. Wordt bijvoorbeeld de verkeersdruk wel beïnvloedt door een brug, maar niet door een tunnel, dan is dit omgevingskenmerk onderscheidend. Heeft een maatregel in een bepaalde wijk net zoveel invloed op de luchtkwaliteit als een andere maatregel, dan is dat omgevingskenmerk níet onderscheidend in de afweging tussen de maatregelen.

Het vervolg

Als de coronamaatregelen het toestaan, vindt het tweede deel van het onderzoek na publicatie van de Notitie Kansrijke Oplossingen plaats. Hofmann hoopt dat de straatinterviews in de beoordelingsfase door kunnen gaan. “Hoe meer mensen we persoonlijk kunnen spreken, hoe beter we weten welke thema’s bewoners belangrijk vinden per gebied.”